Kerkliedwiki bundels.png
Kerkliedwiki wijst je de weg naar meer dan 10.000 liederen!

Tips nodig? Zo kun je een lied zoeken. Hier vind je een overzicht van alle liedbundels.
Wil je ons werk steunen? Hier vind je meer over doneren of koop onze unieke Ubi-cari-tas.

Meer weten of vragen over Kerkliedwiki? info@kerkmuzieknetwerk.nl
Kerkliedwiki bundels.png Kerkliedwiki wijst je de weg naar meer dan 10.000 liederen! Tips nodig? Zo kun je een lied zoeken. Hier vind je een overzicht van alle liedbundels.

Op Liturgiewerkplaats.nl bieden we je inspiratie en concrete tips rond kerkmuziek en vieren Abonneer je op de nieuwsbrief.

Wil je ons werk steunen? Hier vind je meer over doneren of koop onze unieke Ubi-cari-tas. Meer weten of vragen over Kerkliedwiki? info@kerkmuzieknetwerk.nl

Themapagina Loofhuttenfeest

Uit Kerkliedwiki
Ga naar: navigatie, zoeken
Soekot.jpg

Soekot of Loofhuttenfeest (Hebreeuws: סוכות of סֻכּוֹת) is een joods feest dat zeven dagen duurt en waarbij wordt herdacht dat de Israëlieten (de voorouders van de Joden) veertig jaar lang in de Sinaïwoestijn onder de bescherming van God rondtrokken waarbij ze verbleven in tenten of hutten. Deze rondzwerving lag tussen de uittocht uit Egypte die met Pesach wordt gevierd, en de intocht in het Beloofde Land. Zie ook: Loofhuttenfeest op Wikipedia.

Vindplaatsen liederen

Kerken die aandacht willen besteden aan het Loofhuttenfeest kunnen mogelijk inspiratie vinden bij de hierna volgende liederen.

Liederen met loofhutten zijn verder te vinden in de volgende bundels:

Liedteksten

Wie op uw woord vertrouwt

Wie op uw woord vertrouwt, o God,
als schild tegen het kwaad,
aanschouwt uw liefde in het licht
dat hier te branden staat.
Gij houdt uw vleugels uitgebreid
als schuilplaats voor de nacht.
Uw mantel van barmhartigheid
is ons een goede wacht.

Zegen dit huis, waarin uw licht
de duisternis weerspreekt,
waar dromen worden tot gebed
dat ooit uw Rijk aanbreekt,
waar uw gemeente adem schept,
zich aan de lofzang laaft,
zij zingend van uw Geest geniet,
en zich reisvaardig maakt

Met alwie ons zijn voorgegaan,
wie aan de nacht onttoog,
houden wij, aan elkaar gehecht
Uw Naam met liefde hoog.
Hen te gedenken wijst het spoor
dat Gij met mensen gaat.
Laat ons weg ook teken zijn
dat Gij ons niet verlaat.

Gezegend huis, dat op U bouwt
en torent in de tijd,
dat reikhalst naar de stad van goud,
naar vrede wereldwijd.
Godlof, in onze steenwoestijn
biedt Gij uw loofhut aan!
Roep ons tot pelgrims die van hier
gezegend verder gaan.

Een kwetsbaar onderkomen staat opgericht

Een kwetsbaar onderkomen staat opgericht
De sterren doen er dromen van groter licht
De koele avondwind waait de loofhut door
Wij schuilen er als pelgrims op ’t goede spoor.

Wij zingen zeven dagen de goede wijs
en dromen van het einde van deze reis.
De palmen wuiven vrede naar alle kant:
Hosanna, help ons Heer, doe Uw woord gestand.

Wij vlechten deze dagen in zekerheid
dat God ons thuis zal vragen aan 't eind der
De loofhut van Zijn vrede op vaste grond,
als Hij een huis zal bouwen de wereld rond.

God, doe uw hemel open, geef vergezicht!
Wij zien niet, maar verwachten een berg van
Uw tent is over allen dan uitgebreid:
U zelf zult bij hen wonen in eeuwigheid!

Dit huis, een herberg onderweg

1. Dit huis, een herberg onderweg
voor wie verdwaald in heg en steg
geen rust, geen ruimte meer kon vinden.
Een toevluchtsoord in de woestijn
voor wie met olie en met wijn
pijnlijke wonden liet verbinden.
Dit huis, waarin men smarten deelt,
weet hoe Gods liefde harten heelt.

2. Dit huis, waarin een gastheer is
wiens zachte juk geen last meer is
dit huis is tot ons heil gegeven:
een herberg voor wie moe en mat
terzijde van het smalle pad
struikelt en langer niet wil leven.
Plaats tegen de neerslachtigheid
een pleister van barmhartigheid.

3. Dit huis, met liefde opgebouwd.
Dit gastenhuis voor jong en oud
ligt langs de weg als een oase.
Hier kan men putten nieuwe kracht,
hier is beschutting voor de nacht,
hier is het elke zondag Pasen!
Gezegend al wie binnengaat
en hier zijn lasten liggen laat.

Vier muurtjes en een dak van riet

Vier muurtjes en een dak van riet...
Meer is het niet - meer is het niet.
Ons huisje is zo gauw gebouwd;
Wat riet, wat spijkers en wat hout.
En dat getimmerd aan elkaar
En kijk: dan is de Soeko klaar!

Vier muurtjes en een dak van riet...
Meer is het niet - meer is het niet.
Maar voordat Soekous wordt gevierd
Moet eerst ons huisje mooi versierd.
Wat takjes hier, wat bloemen daar
En kijk: dan is de Soeko klaar!

Vier muurtjes en een dak van riet...
Meer is het niet - meer is het niet.
Maar och, het is zo gauw gedaan,
Want als wij uit ons huisje gaan,
Dan moet het gauw weer uit elkaar,
En gaat het weg: tot 't volgend jaar!

Vier muren en een dak van riet

Vier muren en een dak van riet
meer is het niet, meer is het niet
Vier muren en een dak van riet
meer is het niet, meer is het niet

Een roerdomp schuilend in het riet
meer ben ik niet, meer ben ik niet
En wie mij jaagt die vindt mij niet
en wie mij schiet die raakt mij niet

Drie muren rond een stengel riet
meer is het niet, meer is het niet
Drie muren rond een stengel riet
meer is het niet, meer is het niet

De Oostenwind die knakt mij niet
de westenwind verstrooit mij niet
en alle winden her en der
waaien mijn stengel niet omver
en geur en kleuren heb ik niet
ik buig, maar breken doe ik niet.

Twee muren van gevlochten riet
meer is het niet, meer is het niet
Twee muren van gevlochten riet
meer is het niet, meer is het niet

De wind waait door mijn biezen heen
en roept en huilt door merg en been.
Wie daarom huilt begrijpt het niet
wie bij mij schuilt die redt het niet
want geur en kleuren heb ik niet
en bijna breek ik en toch niet
ik heb een pluim die waait en wuift
en vreemde vogels overhuift

De vlammen sloegen in het riet
een muur die valt, meer is het niet
De vlammen sloegen in het riet
een muur die valt, meer is het niet

Wat stenen en geblakerd gras
een vogel smeulend in zijn as
de wind van west en oost en zuid
blaast alle vonken aan en uit.
Vier, drie, twee muren een, een, een
enkel de wind is om mij heen
maar wie mij haat die kent mij niet
en wie mij slaat die schendt mij niet.
Een pluim die waait, een vonk, een lied
meer is het niet, meer is het niet.

Media

Externe bronnen