Tips nodig? Zo kun je een lied zoeken. Hier vind je een overzicht van alle liedbundels.
Wil je ons werk steunen? Hier vind je meer over doneren of koop onze unieke Ubi-cari-tas.
|
Bijbelliederen voor jonge kinderen
![]() | |
Dichter/vertaler | Jan D. van Laar |
---|---|
Uitgever | Boekencentrum |
Jaar | 1987 |
Editie(s) | |
Deel 1 ISBN 90-239-0886-4
| |
Deel 2 ISBN 90-239-0889-9
| |
Deel 3 ISBN 90-239-0891-0
|
Bijbelliederen voor jonge kinderen is een bundel (in 3 delen) met kinderliederen van Jan D. van Laar.
- De inhoudsopgave van deze bundels is te vinden op Inhoud.
- De reeds ingevoerde liederen in de Kerkliedwiki zijn te vinden op Liederen.
Uitgever
Uitgeverij Boekencentrum. Deel 1 (1987), ISBN 90-239-0886-4; Deel 2 (1989), ISBN 90-239-0889-9; Deel 3 (1992), ISBN 90-239-0891-0.
Verantwoording
Omdat veel van de (toenmalige) liedbundels weinig of geen liederen voor kinderen bevatten, en vrijwel helemaal geen liederen voor jonge kinderen, heeft kerk- en schoolmusicus Jan D. van Laar in deze leemte voorzien. Jonge kinderen laten hun beleving vooral met het lichaam zien. De motoriek is voor hen een wezenlijk expressiemiddel. Daarom is aan een groot aantal liederen in de drie bundels een spelbeschrijving toegevoegd. Deze speelmanieren zijn als suggestie bedoeld, niet als dwingend voorschrift. Ook bij liederen zonder spelbeschrijving kunnen de kinderen bewegingen maken: lopen (gewone pas, looppas), huppelen, springen, zwaaien of klappen. Omdat jonge kinderen beknopte liederen graag 'eindeloos' willen herhalen als ze er door aangesproken worden, heeft de samensteller gekozen voor zeer beknopte liederen, soms zelfs maar enkele regels. De combinatie titel en beginregel maakt voor de potentiële gebruiker van het lied vrijwel direct duidelijk waarover het gaat.
Aanwijzingen voor het gebruik
Jan D. van Laar geeft aan dat hij per lied slechts één of enkele 'beelden' uit de verhalen voor de kinderen zichtbaar heeft gemaakt. De melodieën sluiten aan bij structuren die jonge kinderen gemakkelijk kunnen herkennen, leren en onthouden, zonder begeleiding op een accoordeninstrument. Het ritme van het lied wordt bepaald door het tekstritme.
Bij elk lied is een verwijzing naar een bijbelgedeelte opgenomen, soms meerdere.
Tevens zijn duidelijke spel- of speelbeschrijvingen opgenomen, die overigens meer geschikt zijn voor gebruik op school of kindernevendienst, dan in de (locatie) kerk.