|
Johann Schop
Geboren | Hamburg, Fout: ongeldige tijd. |
---|---|
Overleden | Hamburg, 1667 |
Rechten | Vervallen |
Wikipedia |
Johann Schop (Hamburg, rond 1590 - Hamburg 1667) was een Duitse muzikant en componist.
Leven
Johann Schop ging als 24-jarige aan het werk bij de hofkapel in Wolfenbüttel, waar hij viool, luit en zink speelde. In 1615 vertrok hij naar Kopenhagen, waar hij ging werken aan het hof van koning Christian IV. Daarna werkte hij aan verschillende hoven in Duitsland en was organist van de Jacobikirche in Hamburg. Met Heinrich Schütz keerde hij in 1634 nog eenmaal terug naar Kopenhagen voor de bruiloft van kroonprins Christian.
Schop is de componist van de melodie van het lied Werde munter, mein Gemüte. Johann Sebastian Bach wijdde daaraan zijn beroemde cantate BWV 147 Herz und Mund und Tat und Leben.