Tips nodig? Zo kun je een lied zoeken. Hier vind je een overzicht van alle liedbundels.
Wil je ons werk steunen? Hier vind je meer over doneren of koop onze unieke Ubi-cari-tas.
|
Wie wil uit zijn hokje komen
Mogelijk staat het ook in andere liedbundels. Kijk hiervoor in de infobox rechts, onder het kopje 'Liedbundels'.
Wie wil uit zijn hokje komen Bij het boek Jona | |
Genre | Bijbels vertellied |
Vorm | Strofelied |
Doelgroep | Kinderen |
Herkomst | |
Taal | Nederlands |
Land | Nederland |
Tekst | |
Dichter | Wonno Bleij |
Vertaler | Cor Waringa (Fr) |
Bijbelplaats | Jona |
Metrisch | 8-7-8-7 |
Muziek | |
Componist | Willem Vogel |
Melodie | Wie wil uit zijn hokje komen |
Solmisatie | 5-3-1-2-3-1-6-6 |
Gebruik | |
Bijbels persoon | Jona |
Liedbundels | |
Liedboek 2013 178 | |
Lieteboek 2013 178 | |
Zingend Geloven 3-67; 7-61 |
Wie wil uit zijn hokje komen is een lied bij het verhaal van Jona, geschreven door Wonno Bleij en op muziek gezet door Willem Vogel.
Opname beluisteren
- Henk Lemckert op Orgel Abdijkerk van Loosduinen C.F. in tenor [1]
- Kindercantorij Domkerk Utrecht o.l.v. Catrien Posthumus Meyjes; Natasja van der Hout, solozang; Toon Hagen, orgel (strofen 1 t/m 9; eerdere tekstversie van het lied) op https://www.liedboekcompendium.nl/lied/178-wie-wil-uit-zijn-hokje-komen-1_7_1
Tekst
Een lied in de vorm van een vierluik - zo verscheen het destijds in 'Zingend Geloven', waarbij de verschillende 'blokken' ook geïllustreerd kunnen worden door evenzoveel schilderingen of collages. De vier thema's zijn: de stad Ninevé, het schip, de vis en de wonderboom. De vier beelden die worden opgeroepen, vinden voor elk blok hun neerslag in drie vierregelige strofen (rijmschema: a b a b) met een tegenstem bij iedere derde strofe, die door iedereen gezongen kan worden.
Het lied heeft 15 strofen. De tekst is auteursrechtelijk beschermd. De eerste regels van de 15 strofen:
- bij Jona en zijn stad
- 1. Wie wil uit zijn hokje komen
- 2. Jona, jij bent aangewezen
- 3. Jona, wil jij dienaar wezen
bij het schip, waarop Jona vluchtte
- 4. Schepen varen op de golven
- 5. Als de schepelingen bang zijn
- 6. Jona, wil je Noach heten
bij de vis, waarin Jona verdween
- 7. Vissen wonen in de diepte (in Zingend Geloven: Vissen zwemmen in de diepte)
- 8. Tot Gods woorden zullen klinken
- 9. Jona, wil je alles missen
- 10. Jona ben je ontevreden, (ontbreekt in Zingend Geloven)
bij de wonderboom, waaronder Jona zat
- 11. Bomen kunnen mensen leren (in Zingend Geloven: Bomen groeien uit de aarde, gevolgd door: Bomen kunnen mensen geven)
- 12. Jona wil je rustig wonen
- 13. Jona luisterde naar God en (niet in Zingend Geloven)
- 14. Zo kwam Jona uit het donker, (niet in Zingend Geloven)
- 15. Zo ging Jona toch gehoorzaam (niet in Zingend Geloven)
Inhoud
In het eerste blok van drie strofen, 'Bij Jona met zijn stad' wordt Ninevé voorgesteld als 'stad van schone schijn' en Jona wordt aangewezen als 'man van God' om 'het kwaad de les te lezen'. Blok twee, 'Bij het schip waarmee Jona verdween' verhaalt van de dragende functie van het schip 'tussen wind en water door'. Jona wordt vergeleken met Noach, die behouden werd in zijn schip, de ark. De kerk is ook zo'n schip, zo'n ark en moet mensen dragen 'zoekend naar het vasteland'. In het derde blok 'Bij de vis waarin Jona verdween' wordt van de vissen verteld, dat ze 'de diepte van de grondeloze zee' kennen en dat de dood met hen meezwemt. Voor Jona betekent de vis tevens redding. Het vierde thema 'Bij de wonderboom waaronder Jona zat' plaatst de boom als levensboom tussen 'goed en kwaad' (vgl. Genesis 3 en Openbaringen 22:3). In het 'Liedboek' van 2013 is een drietal strofen toegevoegd, waarin het beginthema 'Bij de stad waarin Jona werkte' opnieuw terugkomt. Ook zijn in een aantal strofen wijzigingen in de oorspronkelijke tekst doorgevoerd.
Muziek
Oorspronkelijk schreef ds. Wonno Bleij zijn tekst op de melodie van 'Door de nacht van strijd en zorgen', maar al snel vroeg hij Willem Vogel om een nieuwe wijs en zetting te maken.
Dit kinderlied begint met een vriendelijke melodie. De eerste regel bestaat uit twee dalende drieklanken die door een enkele noot aan elkaar verbonden zijn; de derde regel herhaalt de eerste. De tussenliggende tweede regel geeft een tegengestelde, omhooggaande melodische lijn te zien. Toonherhalingen geven de tweede en laatste regel vulling; in de laatste staat bovendien een achtstenmelisma. Om aan de structuur van het lied - eerst 12, later 15 strofen, gegroepeerd in blokjes van drie - tegemoet te komen, schreef Vogel een tegenstem bij elk derde couplet, te zingen door allen, waarmee iedere scene of thema eindigt. Willem Vogel merkt hierbij op: 'Steeds wordt bij het derde couplet een tegenstem gezongen die het karakter heeft van een vermanend, opgeheven vingertje'. Het aardige in deze tegenstem is dat er opnieuw gebruikt wordt gemaakt van de dalende drieklank-figuur, maar met een toonherhaling in het midden: c-a, a-f. Met de woorden "Jona, Jona" op deze drieklank krijgt de 'roepterts' opnieuw invulling. (Bron: toelichting ontleend aan 'Commentaar bij Zingend Geloven', nr. III-67.)
Muziekuitgaven
Zie Wie wil uit zijn hokje komen (melodie) voor een overzicht van alle (orgel)literatuur en koorbewerkingen van deze melodie.
Hymnologische informatie
Cor Waringa heeft de Friese vertaling gemaakt: Wa wol fan syn plakje komme
Literatuur
Toelichting:
- Liedboekcompendium: https://www.liedboekcompendium.nl/lied/178-wie-wil-uit-zijn-hokje-komen-1_7_1