Kerkliedwiki bundels.png
Kerkliedwiki wijst je de weg naar meer dan 10.000 liederen!

Tips nodig? Zo kun je een lied zoeken. Hier vind je een overzicht van alle liedbundels.
Wil je ons werk steunen? Hier vind je meer over doneren of koop onze unieke Ubi-cari-tas.

Meer weten of vragen over Kerkliedwiki? info@kerkmuzieknetwerk.nl
Kerkliedwiki bundels.png Kerkliedwiki wijst je de weg naar meer dan 10.000 liederen! Tips nodig? Zo kun je een lied zoeken. Hier vind je een overzicht van alle liedbundels.

Op Liturgiewerkplaats.nl bieden we je inspiratie en concrete tips rond kerkmuziek en vieren Abonneer je op de nieuwsbrief.

Wil je ons werk steunen? Hier vind je meer over doneren of koop onze unieke Ubi-cari-tas. Meer weten of vragen over Kerkliedwiki? info@kerkmuzieknetwerk.nl

Die ons in 't hart geschreven staan

Uit Kerkliedwiki
Ga naar: navigatie, zoeken
Dit lied is te vinden in de volgende veelgebruikte liedbundel(s):
Zingt Jubilate 934 (b)
Mogelijk staat het ook in andere liedbundels. Kijk hiervoor in de infobox rechts, onder het kopje 'Liedbundels'.
Die ons in 't hart geschreven staan
Wachters in de nacht
Tekst
Dichter Sytze de Vries
Bijbelplaats 1 Tessalonicenzen 4:13-18
1 Tessalonicenzen 5:1-6
Metrisch 8-7-8-7-8-7-8-7
Muziek
Componist Jan Hut (a)
Jos Bielen (b)
Solmisatie 5-5-5-6-5-3-2-3 (a)
1-5-5-3-4-5-6-5 (b)
Gebruik
Kerkelijk jaar Voleinding
Allerheiligen
Thema Uitvaart
Liedbundels
Zingt Jubilate 934 (b)

Die ons in 't hart geschreven staan is een lied geschikt voor de herdenking van de gestorvenen. De tekst is van Sytze de Vries. Melodie (a) is geschreven door Jan Hut (*1953) cantor-organist. Melodie (b) is geschreven door priester-organist Jos Bielen (*1967)

Opname beluisteren

Tekst

Ontstaan

Inhoud

Een lied geschreven voor de laatste zondagen van het kerkelijk jaar, waarin de thema's van voltooiing van de Schepping, het doorbreken van Gods regering en het doorbreken van Christus' koningschap centraal staan: einddoel en bestemming van mens en wereld. Het is deze verwachting, die het leven én het sterven nu onder spanning zet en voorziet van de vraag: waar dient het toe? Paulus' antwoord aan de gemeente van Thessaloniki (zie 1 Thessalonicenzen 5: 1-6) wil een uitermate pastoraal antwoord zijn, en in die lijn is ook dit lied ontstaan. Het lied is meditatief van aard. In het aangezicht van de dood past het niet té afgeronde taal te spreken of te zingen. De melancholie klinkt in de woorden door: het verdriet, het gemis, de herinneringen aan geliefden die er niet meer zijn, de vraag ook 'waartoe het allemaal dient'. Dit alles wordt omvat in een groter gevoel van verwachten. Daarbij is door de dichter het beeld uit Psalm 130 gebruikt: de nachtwachters, mensen die het donker ingaan om als eersten de komst van de nieuwe morgen aan te kondigen. Een beeld, extra op zijn plaats wanneer de brief aan Paulus verder wordt gelezen. Zo worden droefheid en verwachten, verlies én de hoop dat alles in allen aan het licht gebracht zullen worden, in dit lied gemengd. Omdat beide kanten elkaar niet opheffen, maar naast elkaar mogen bestaan. Het lied gaat niet enkel over hen, die ons zijn voorgegaan, maar komt bewust bij de levenden terug: hun rol, hun hoop is in het geding. Hun omgeving met leven en dood. De gedachtenis van gestorvenen is ook een spiegel voor ieders eigen leven - hier en nu. Een lied als dit kan klinken wanneer op de laatste zondag van het kerkelijk jaar de gestorvenen (van het voorbije jaar) binnen de gemeente worden herdacht, maar ook op ieder moment wanneer de gemeente afscheid neemt in een rouwdienst. (Toelichting ontleend aan het documentatieblad bij 'Lied van de Week', februari 1986.)

De bij dit lied gepubliceerde ondertitel is wachters in de nacht, terwijl in de tekst vooral wordt gesproken over 'wachters op de morgen'.

Muziek

.

Zettingen

Bewerkingen

Hymnologische informatie

De melodie van Jan Hut is een sfeervolle melodie, met een rustige gang. Het melodieschema is overzichtelijk en didactisch van opbouw. De eerste twee regels worden vrijwel letterlijk herhaald in de derde en vierde regel, alleen is er een kleine ritmische toevoeging gepleegd in de derde regel, namelijk een driedelig ritme. De eerste vier regels staan in de toonsoort F. De tweede liedhelft begint meteen in de mineur-parallel toonsoort d. De vijfde regel bevat ook weer een ritmische toevoeging, een gepuncteerd ritme. De laatste regels zijn een letterlijke herhaling van de regels 3 en 4. Zo komt de melodie terug in de toonsoort F. Samenvattend bevat dit lied dus 3 regelparen die melodisch bijna identiek verlopen, maar ritmisch een ontwikkeling doormaken. Men lette er op dat bij elk volgend couplet teruggekoppeld moet worden naar de beginregels (1 en 2) en dat het gepuncteerde ritme niet al in de vierde regel wordt gespeeld of gezongen! (Bewerking van de toelichting zoals verschenen in 'Lied van de Week', februari 1986).

Culturele informatie

Literatuur

Toelichting:

  • S.de Vries/C.Brandenburg: Lied van de week 860204

Externe links