Tips nodig? Zo kun je een lied zoeken. Hier vind je een overzicht van alle liedbundels.
Wil je ons werk steunen? Hier vind je meer over doneren of koop onze unieke Ubi-cari-tas.
|
Knocking, knocking, who is there?
Mogelijk staat het wel in andere liedbundels. Kijk hiervoor in de infobox rechts, onder het kopje 'Liedbundels'.
Knocking, knocking, who is there? Knocking, Knocking, Who is There? | |
Vorm | Strofelied |
Herkomst | |
Taal | Engels |
Land | Verenigde Staten |
Periode | 1871 |
Tekst | |
Dichter | Harriet Beecher Stowe Onbekend |
Bijbelplaats | Openbaring 3:20 |
Metrisch | 7-7-8-7-8-7 |
Muziek | |
Componist | George Frederick Root |
Melodie | Knocking, knocking, who is there (Root) |
Solmisatie | 3-3-3-3-5-4-3-2-2-2-2-4-3-2 |
Liedbundels | |
Gospel Hymns 648 | |
Sacred Songs & Solos 422 |
Knocking, knocking, who is there? is een bewerking door een onbekende van een veel langer gedicht van Harriet Stowe-Beecher (1811-1896): Knocking. Het lied heeft een melodie van George Frederick Root (1820-1895).
Inhoud
Vertalingen
Het lied is vertaald door
- Meier Salomon Bromet: Kloppend, kloppend! Wie is daar?
- C.S. Adama van Scheltema: Klop, klop, klop, klop, broeders hoort.
Opname beluisteren
Tekst
Knocking, Knocking, Who is There?
1 Knocking, knocking, who is there?
Waiting, waiting, oh, how fair!
’Tis a Pilgrim, strange and kingly,
Never such was seen before;
Ah! my soul, for such a wonder
Wilt thou not undo the door?
2 Knocking, knocking, still He’s there,
Waiting, waiting, wondrous fair;
But the door is hard to open,
For the weeds and ivy vine,
With their dark and clinging tendrils,
Ever round the hinges twine.
3 Knocking, knocking, — what! still there?
Waiting, waiting, grand and fair;
Yes, the pierced hand still knocketh,
And beneath the crowned hair
Beam the patient eyes, so tender,
Of thy Saviour, waiting there.
Ontstaan
- Het lied is gebaseerd op het gedicht Knocking van Harriet Stowe-Beecher (Religious Poems, Boston: Ticknor and Fields, 1867, p. 10-14). Oudere uitgaven vermelden de bron: “Words adapted from a poem by Mrs. Stowe.”
- Voor zover te achterhalen duikt het lied voor het eerst op in P.P. Bliss, The Charm. A Collection of Sunday School Music, Chicago: Published by Root & Cady, [1871], p. 52. De bewerker van het gedicht zal dus waarschijnlijk uit de kringen van Root in Chicago afkomstig zijn.
Inhoud
Het lied heeft, evenals het oorspronkelijke gedicht, Openbaring 3: 20 als motto. Het lied is een voorbeeld van de vloeiende overgang tussen liederen voor kinderen en voor volwassenen die kenmerkend is voor de Angelsaksische evangelie-liederen.