Tips nodig? Zo kun je een lied zoeken. Hier vind je een overzicht van alle liedbundels.
Wil je ons werk steunen? Hier vind je meer over doneren of koop onze unieke Ubi-cari-tas.
|
Hoe zal 't ons zijn na alle leed beneden
Mogelijk staat het ook in andere liedbundels. Kijk hiervoor in de infobox rechts, onder het kopje 'Liedbundels'.
Hoe zal ’t ons zijn na alle leed beneden | |
Vorm | Strofelied |
Herkomst | |
Titel | Wie wird uns sein, wenn endlich nach dem schweren |
Taal | Duits |
Land | Duitsland |
Periode | 1833 |
Tekst | |
Dichter | Karl Johann Philipp Spitta |
Vertaler | M.M. |
Metrisch | 11-10-11-10-11-10-11-10 |
Muziek | |
Componist | Eduard Niemeyer |
Melodie | O selig Haus |
Solmisatie | 1-3-5-1-1-7-6-5-4-4-3 |
Liedbundels | |
Zangbundel Joh. de Heer 274a |
Hoe zal ’t ons zijn na alle leed beneden is een vertaling, door ene M. M., van een deel van Wie wird uns sein, wenn endlich nach dem schweren (zie daar), een lied van Karl Johann Philipp Spitta; het wordt gezongen op O selig Haus, op naam van ene Eduard Niemeyer.
Opname beluisteren
Tekst
1 Hoe zal ’t ons zijn na alle leed beneden,
En aan het einde van den aardschen strijd,
Wanneer wij daar het Vaderhuis betreden,
Verlost en vrij in ’s Heeren heerlijkheid;
Het laatste stof geschud is van de voeten,
De laatste traan gedroogd is voor Gods troon,
En wij elkander daar vereend ontmoeten,
In ’t eeuwig licht ontvangen ’t zaligst loon.
2 Hoe zal ’t ons zijn. als wij daar, van de stralen
Van ’t eeuwig licht geheel doordrongen, staan.
O, welk een vreugd, de wond’ren te verhalen,
Waardoor wij zijn verlost en ingegaan.
Als al ’t gebrek voor goed is uitgesloten,
Geen schaamt’ van schuld of zond’ ons meer omgeeft,
Als hemelburgers en als huisgenooten
Verkeeren bij den Heer, Die eeuwig leeft.
3 Hoe zal ’t ons zijn, als wij de liefdekoorden,
Waardoor wij zijn getrokken tot Gods Zoon,
Dan onvermengd gevoelen in die oorden,
Met vrij geworden ziel voor ’s Heren troon.
Als elke wolk voor ’t oog zal zijn verdwenen,
Gelijk een nevel voor het zonnelicht.
En ’t Lam van God ons allen is verschenen,
In heerlijkheid voor ’s Vaders aangezicht.
4 Hoe zal ’t ons zijn, als Hij tot ons zal spreken:
„Komt in, gezegenden, in heerlijkheid!”
En wij voor eeuwig drinken uit die beken,
Waaruit wij hier gelaafd zijn in de strijd,
En d’ oogen zien, die hier van tranen vloten
Om zielenood en ’s harten hardigheid, —
De wonden, die het dierbaar bloed vergoten,
Dat ons van dood en zonde heeft bevrijd.
5 Hoe zal ’t ons zijn, als, wat geen oog aanschouwde,
Geen oor gehoord heeft op deez’ arme aard,
Ons oog zal zien, waar ’t hart op Hem betrouwde:
In ’t vaderland, om Jezus’ troon geschaard.
Welaan, dan nu het steile pad betreden, —
Het is ons zweet en alle moeite waard,
En, moet het zijn: om Zijnen Naam geleden!
Die, als Hij leed, ons allen heeft gespaard.
Muziek
Hymnologische informatie
Het lied is vanaf de 2e uitgave (1906) opgenomen in de Zangbundel Joh. de Heer.