Tips nodig? Zo kun je een lied zoeken. Hier vind je een overzicht van alle liedbundels.
Wil je ons werk steunen? Hier vind je meer over doneren of koop onze unieke Ubi-cari-tas.
|
Als Gij er zijt
Inhoud
Titel
Als Gij er zijt
Oorspronkelijke taal en titel
Infobox |
---|
Tekst |
Willem Barnard |
Muziek |
Willem Vogel |
Bundel(s) |
LB 948
ZG 8-36 |
Bijbeltekst(en) |
Ex 3; Joh 11,25 |
Gebruik |
Levenseinde
Advent Voleinding Alleen zijn Ziekte |
Solmisatieschema |
6-1-2-3-3-2-1-2-2 |
Metrisch schema |
9-8-9-8 |
(Bron: Pieter Endedijk) |
Liedbundels
Opname beluisteren
Tekst
De tekst is auteursrechtelijk beschermd en kan daarom hier niet worden weergegeven.
Ontstaan
Willem Barnard schreef de woorden voor de theoloog Dirk Monshouwer (1947-2000) in de laatste weken van zijn leven.
Inhoud
Dichter
[[Willem Barnard]] (1920-2010)
Vertaler
Muziek
Componist melodie
Willem Vogel ((Amsterdam, 2 mei 1920 - Amsterdam, 7 oktober 2010)
Zettingen
Bewerkingen om te zingen
Bewerkingen om te spelen
intonatie door Klaas Spijker
Liturgisch gebruik
Dit is een lied dat meer in persoonlijke situaties aan de orde kan zijn. Maar ook dan zal het gevoed moeten worden door de liturgie van de gemeente om in een huisliturgie een plek te kunnen krijgen als goede of kwade dagen daarom vragen. (bron: Pieter Endedijk, kerklied.net)
Hymnologische informatie
Een lied moet voor zichzelf spreken en ook te verstaan zijn als de omstandigheden waaronder het ontstond niet bekend zijn. Maar bij dit lied wordt de tekst nog veelzeggender als we wel iets weten over het ontstaan. Willem Barnard schreef de woorden voor de theoloog Dirk Monshouwer (1947-2000) in de laatste weken van zijn leven. De tekst is typerend voor de late liederen van deze dichter, waarin twijfel opvallend vaak aan het woord is: ‘Als Gij er zijt…’ De opening van het lied is veelzeggend: de Eeuwige die zich heeft doen kennen met de naam ‘Ik-zal-er-zijn’ wordt aangesproken: ‘Als Gij er zijt, wees dan aanwezig…’, maar dan niet als een alles verzengend vuur. Het is een verwijzing naar de openbaring van God aan Mozes (Ex. 3). Nu is een ander beeld voor God aan de orde: ‘een schaduw van uw hand // om in te schuilen, dat wij leven al zijn wij dood…’ (strofe 1 en 2). Misschien dacht de dichter daarbij aan Johannes 11,25: ‘Wie in mij gelooft zal leven, ook wanneer hij sterft’. De melodie van Willem Vogel is eenvoudig en dienstbaar aan de tekst. Opvallend is dat de melodie niet op de grondtoon eindigt. Zo onderstreept de melodie het vragende karakter van de tekst, die zich allereerst laat lezen als een gebed. (bron: Pieter Endedijk, kerklied.net)