Tips nodig? Zo kun je een lied zoeken. Hier vind je een overzicht van alle liedbundels.
Wil je ons werk steunen? Hier vind je meer over doneren of koop onze unieke Ubi-cari-tas.
|
Een stem weerklinkt er schoon en luid: verschil tussen versies
(Nieuwe pagina aangemaakt met '{{Infobox lied |beginregel=Een stem weerklinkt er schoon en luid |dichter1=Roelof Bennink Janssonius |metrisch1=8-8-7-8-8-7-6-6-4-4-4-8 |componist1=Johannes Gijsber...') |
k |
||
(5 tussenliggende versies door 2 gebruikers niet weergegeven) | |||
Regel 12: | Regel 12: | ||
|solmisatie2-v=b | |solmisatie2-v=b | ||
|Thema=Kerk en gemeente | |Thema=Kerk en gemeente | ||
− | | | + | |Liedbundels={{Ld lb|Gezangboek der Evangelisch-Lutherse Kerk|148 (b)}}{{Ld lb|Hervormde Bundel 1938|106 (a)}}{{Ld lb|Vervolgbundel op de Evangelische Gezangen|241}} |
− | | | ||
− | | | ||
}} | }} | ||
'''Een stem weerklinkt er schoon en luid''' is een lied van [[Roelof Bennink Janssonius]]. Het is gepubliceerd op twee verschillende (!) melodieën van [[Johannes Gijsbertus Bastiaans]]. De beginregel vertoont veel gelijkenis, maar de rest van de regels is echt anders. | '''Een stem weerklinkt er schoon en luid''' is een lied van [[Roelof Bennink Janssonius]]. Het is gepubliceerd op twee verschillende (!) melodieën van [[Johannes Gijsbertus Bastiaans]]. De beginregel vertoont veel gelijkenis, maar de rest van de regels is echt anders. | ||
Regel 28: | Regel 26: | ||
*2. Uit duizend, duizend monden rijst | *2. Uit duizend, duizend monden rijst | ||
*3. Komt, broeders, laat ons één van geest (HB1938) / Geloofd zij God, die ons bemint (ELK). | *3. Komt, broeders, laat ons één van geest (HB1938) / Geloofd zij God, die ons bemint (ELK). | ||
+ | Tekst Vervolgbundel Evangelische Gezangen 1869 (241) | ||
+ | <poem> | ||
+ | 1 Een stem weêrklinkt er schoon en luid, | ||
+ | Van Oost tot West, van Noord tot Zuid, | ||
+ | Op d’ aâm des winds gedragen; | ||
+ | ’t Is als het ruischen van den Geest, | ||
+ | Die nederdaald’ op ’t Pinksterfeest | ||
+ | In lang vervlogen dagen. | ||
+ | Weêr gloeit er ’t eigen vuur | ||
+ | Een heilig, heerlijk uur | ||
+ | Is geslagen; | ||
+ | Van hooger sfeer | ||
+ | Daalt vrede neêr; | ||
+ | Het is een feestdag van den Heer! | ||
+ | |||
+ | 2 Uit duizend, duizend monden rijst | ||
+ | Het loflied, dat Gods liefde prijst | ||
+ | In aller volken talen. | ||
+ | Toch is het slechts één Geest, één hoop, | ||
+ | Één Heiland, één geloof, één doop, | ||
+ | Één lichtbron, rijk in stralen; | ||
+ | Toch is ’t één Vadernaam, | ||
+ | Die allen bindt te zaâm; | ||
+ | Zij verhalen | ||
+ | Aan strand bij strand | ||
+ | Van ’s Eeuwgen hand, | ||
+ | Van ’t heil der Kerk, door Hem geplant. | ||
+ | |||
+ | 3 Gods liefde had den dag gewekt; | ||
+ | De menschen hadden ’t licht bedekt, | ||
+ | Door ’s Eeuwgen hand ontstoken; | ||
+ | De Vader maakte ’t menschdom vrij; | ||
+ | Het menschdom koos weêr slavernij | ||
+ | En ketens, lang verbroken. | ||
+ | Maar weêr, o, lofzingt Hem! | ||
+ | Weêr heeft zijn liefdestem | ||
+ | Luid gesproken; | ||
+ | Weêr week de nacht, | ||
+ | En ’s Heeren kracht | ||
+ | Heeft licht en vrijheid ons gebragt. | ||
+ | |||
+ | 4 Komt, feestgenooten! één van zin, | ||
+ | ’t Verbond vernieuwd van broedermin; | ||
+ | Nooit mag de liefde kwijnen; | ||
+ | Vereênen w’ ons op nieuw te zaâm | ||
+ | En doen wij in des Heeren naam | ||
+ | Zijn licht in ’t duister schijnen! | ||
+ | De Koning van zijn Kerk | ||
+ | Roept tot dat priesterwerk | ||
+ | Al de zijnen. | ||
+ | Zend op ons, Heer! | ||
+ | Uw Geest ter neêr, | ||
+ | En haast is ’t nacht noch scheemring meer! | ||
+ | </poem> | ||
+ | |||
==Muziek== | ==Muziek== | ||
Regel 33: | Regel 86: | ||
==Hymnologische informatie== | ==Hymnologische informatie== | ||
+ | De [[Hervormde Bundel 1938]] laat vers 3 weg en bewerkt licht. | ||
==Culturele informatie== | ==Culturele informatie== |
Huidige versie van 27 okt 2023 om 21:14
Mogelijk staat het wel in andere liedbundels. Kijk hiervoor in de infobox rechts, onder het kopje 'Liedbundels'.
Een stem weerklinkt er schoon en luid | |
Tekst | |
Dichter | Roelof Bennink Janssonius |
Metrisch | 8-8-7-8-8-7-6-6-4-4-4-8 |
Muziek | |
Componist | Johannes Gijsbertus Bastiaans (a) Johannes Gijsbertus Bastiaans (b) |
Solmisatie | 1-5-3-6-5-1-2-3 (a) 5-1-3-6-5-1-2-3 (b) |
Gebruik | |
Thema | Kerk en gemeente |
Liedbundels | |
Gezangboek der ELK 148 (b) | |
Hervormde Bundel 1938 106 (a) | |
Vervolgbundel Evang. Gezangen 241 |
Een stem weerklinkt er schoon en luid is een lied van Roelof Bennink Janssonius. Het is gepubliceerd op twee verschillende (!) melodieën van Johannes Gijsbertus Bastiaans. De beginregel vertoont veel gelijkenis, maar de rest van de regels is echt anders.
Inhoud
Opname beluisteren
Tekst
Ontstaan
Inhoud
De beginregels van de strofen luiden:
- 1. Een stem weerklinkt er schoon en luid
- 2. Uit duizend, duizend monden rijst
- 3. Komt, broeders, laat ons één van geest (HB1938) / Geloofd zij God, die ons bemint (ELK).
Tekst Vervolgbundel Evangelische Gezangen 1869 (241)
1 Een stem weêrklinkt er schoon en luid,
Van Oost tot West, van Noord tot Zuid,
Op d’ aâm des winds gedragen;
’t Is als het ruischen van den Geest,
Die nederdaald’ op ’t Pinksterfeest
In lang vervlogen dagen.
Weêr gloeit er ’t eigen vuur
Een heilig, heerlijk uur
Is geslagen;
Van hooger sfeer
Daalt vrede neêr;
Het is een feestdag van den Heer!
2 Uit duizend, duizend monden rijst
Het loflied, dat Gods liefde prijst
In aller volken talen.
Toch is het slechts één Geest, één hoop,
Één Heiland, één geloof, één doop,
Één lichtbron, rijk in stralen;
Toch is ’t één Vadernaam,
Die allen bindt te zaâm;
Zij verhalen
Aan strand bij strand
Van ’s Eeuwgen hand,
Van ’t heil der Kerk, door Hem geplant.
3 Gods liefde had den dag gewekt;
De menschen hadden ’t licht bedekt,
Door ’s Eeuwgen hand ontstoken;
De Vader maakte ’t menschdom vrij;
Het menschdom koos weêr slavernij
En ketens, lang verbroken.
Maar weêr, o, lofzingt Hem!
Weêr heeft zijn liefdestem
Luid gesproken;
Weêr week de nacht,
En ’s Heeren kracht
Heeft licht en vrijheid ons gebragt.
4 Komt, feestgenooten! één van zin,
’t Verbond vernieuwd van broedermin;
Nooit mag de liefde kwijnen;
Vereênen w’ ons op nieuw te zaâm
En doen wij in des Heeren naam
Zijn licht in ’t duister schijnen!
De Koning van zijn Kerk
Roept tot dat priesterwerk
Al de zijnen.
Zend op ons, Heer!
Uw Geest ter neêr,
En haast is ’t nacht noch scheemring meer!
Muziek
Muziekuitgaven
Hymnologische informatie
De Hervormde Bundel 1938 laat vers 3 weg en bewerkt licht.