Tips nodig? Zo kun je een lied zoeken. Hier vind je een overzicht van alle liedbundels.
Wil je ons werk steunen? Hier vind je meer over doneren of koop onze unieke Ubi-cari-tas.
|
De trouwe Heer en Meester
Mogelijk staat het wel in andere liedbundels. Kijk hiervoor in de infobox rechts, onder het kopje 'Liedbundels'.
De trouwe Heer en Meester Slechts een aarden vat | |
Vorm | Strofelied |
Herkomst | |
Titel | The Master stood in his garden |
Taal | Engels |
Periode | 2e helft 19e eeuw |
Tekst | |
Dichter | E.R. Vining |
Vertaler | Meier Salomon Bromet |
Metrisch | 7-6-7-6-7-6-7-6-7-6 |
Muziek | |
Componist | James McGranahan |
Melodie | The Master stood in his garden |
Solmisatie | 5-5-5-5-6-5-1-3-5-5-4-4-3-2-3 |
Liedbundels | |
Opwekkingsliederen Bromet 298 |
De trouwe Heer en Meester (Slechts een aarden vat) is een vertaling, door Meier Salomon Bromet, van The Master stood in his garden, een lied van ene E.R. Vining, op een melodie van James McGranahan.
Inhoud
Opname beluisteren
Tekst
Slechts een aarden vat
1 De trouwe Heer en Meester,
Stond in Zijn bloemengaard;
De gaarde die Zijn liefde,
Geplant had en bewaard.
Hij zag Zijn schoone bloemen
Met droefheid in het oog:
Hun kopjens hingen neder;
Hun blaadjens bijna droog.
Hun kopjens hingen neder;
Hun blaadjens bijna droog.
2 „Mijn bloemen” sprak de Meester,
„Verwelken in de zon.
Waarmeê zal ik het water
Toch scheppen uit de bron?”
Maar ziet, dicht bij Zijn voeten
Lag daar een aarden vat.
’t Was broos en klein en ledig,
’t Lag nutt’loos op het pad.
’t Was broos en klein en ledig,
’t Lag nutt’loos op het pad.
3 De Meester zag en nam het,
Uit ’t stof waarin het lag,
En zeî: „dit kan Mij dienen
In ’t werk van dezen dag;
Al is het slechts van aarde,
’t Ligt Mij zoo dicht nabij;
Al is het klein, ’t is ledig,
Dat is genoeg voor mij.
Al is het klein, ’t is ledig,
Dat is genoeg voor mij.”
4 Hij nam het met zich mede
En vulde ’t aan de bron.
Wat was dat vaatje blijde,
Nu het Hem dienen kon!
Hij goot van ’t levend water
Op al de bloemen neêr,
En was het vaatje ledig,
Dan vulde Hij het weêr.
En was het vaatje ledig,
Dan vulde Hij het weêr.
5 De bloemen hieven spoedig
De kopjens weêr omhoog;
Een stille, reine vreugde
Blonk in des Meesters oog.
Ofschoon Zijn hand de bloemen
Hun bloei hergeven had,
Het middel in die handen
Was toch het aarden vat.
Het middel in die handen
Was toch het aarden vat.
6 En ’t fluisterde in zichzelven,
Toen Hij ’t ter zijde lag:
Ik blijf slechts in Zijn’ wegen,
Juist als op dezen dag.
Ik blijf dicht bij den Meester,
En ledig wil ik zijn,
Misschien kan ik dan nogmaals
Hem zoo ten dienste zijn.
Misschien kan ik dan nogmaals
Hem zoo ten dienste zijn.
Ontstaan
Inhoud
Muziek
Zettingen
Hymnologische informatie
Culturele informatie
Literatuur
Externe links
Voetnoten
Dit artikel is helaas nog slechts een beginnetje. Kerkliedwiki nodigt u uit uw kennis te delen door het artikel te verbeteren. |