Tips nodig? Zo kun je een lied zoeken. Hier vind je een overzicht van alle liedbundels.
Wil je ons werk steunen? Hier vind je meer over doneren of koop onze unieke Ubi-cari-tas.
|
Eén naam is onze hope: verschil tussen versies
Regel 6: | Regel 6: | ||
|land=Engeland | |land=Engeland | ||
|jaartal=1866 | |jaartal=1866 | ||
+ | |OT2=349 | ||
|JdH=478 | |JdH=478 | ||
|Liedbundels={{Ld lb|Hervormde Bundel 1938|112}} | |Liedbundels={{Ld lb|Hervormde Bundel 1938|112}} |
Versie van 19 okt 2020 om 00:18
Mogelijk staat het ook in andere liedbundels. Kijk hiervoor in de infobox rechts, onder het kopje 'Liedbundels'.
Eén naam is onze hope | |
Vorm | Strofelied |
Herkomst | |
Titel | The Church's one foundation |
Taal | Engels |
Land | Engeland |
Periode | 1866 |
Liedbundels | |
Op Toonhoogte 2015 349 | |
Zangbundel Joh. de Heer 478 | |
Hervormde Bundel 1938 112 |
Eén naam is onze hope is een vertaling, van onbekende hand, van The Church's one foundation (zie daar), lied van Samuel John Stone (1839-1900). Het wordt gezongen op Aurelia van Samuel Sebastian Wesley (1810-1876).
Opname beluisteren
Tekst
1 Eén naam is onze hope,
één grond heeft Christus’ Kerk,
zij rust in éénen doope,
en is zijn scheppingswerk.
Om haar als bruid te werven,
kwam Hij ten hemel af,
Hij was ’t, die door zijn sterven
aan haar het leven gaf.
2 Vergaard uit alle streken
in heel de wereld één,
werd dit haar zalig teeken,
dat allen is gemeen.
Eén bede vouwt de handen,
één zegen breekt het brood,
één vuurbaak staat te branden
in ’t duister van den dood.
3 Bij ’t bloedlicht der flambouwen,
in ’t heetste van den strijd,
wacht zij in stil vertrouwen
den vrede voor altijd,
tot eind’lijk voor haar oogen,
waarin ’t verlangen brandt,
het schouwspel komt getogen
der Kerke triumfant.
4 In haar drie-een’gen Heere
nog in haar aardschen strijd,
blijft zij met hen verkeeren,
wien ruste werd bereid.
Geef dat in uw genade,
o God, ook eenmaal wij
langs uwe lichte paden
gaan tot der zaal’gen rei!
Muziek
Hymnologische informatie
Het lied is pas vanaf de 28e uitgave (1991) opgenomen in de Zangbundel Joh. de Heer.