Tips nodig? Zo kun je een lied zoeken. Hier vind je een overzicht van alle liedbundels.
Wil je ons werk steunen? Hier vind je meer over doneren of koop onze unieke Ubi-cari-tas.
|
Een droeve stem, met druk en pijn bevangen
Mogelijk staat het wel in andere liedbundels. Kijk hiervoor in de infobox rechts, onder het kopje 'Liedbundels'.
Een droeve stem, met druk en pijn bevangen Lied van de tranen over Jeruzalem | |
Vorm | Strofelied |
Herkomst | |
Taal | Nederlands |
Land | Nederland |
Periode | 17e eeuw |
Tekst | |
Dichter | Willem Sluyter |
Bijbelplaats | Lucas 19:28-44 Zacharia 9:9-10 Matteüs 21:1-11 Matteüs 23:27-39 Marcus 11:1-11 Johannes 12:12-19 |
Metrisch | 11-11-10-10 |
Muziek | |
Componist | Willem Vogel (a) |
Melodie | Psalm 8 (b) |
Solmisatie | 2-2-2-4-4-5-5-6-6-2-2 (a) 2-4-5-6-2-1-7-6-1-7-6 (b) |
Gebruik | |
Kerkelijk jaar | Palmzondag |
Liedbundels | |
Adem van het jaar 92(b) | |
Zingend Geloven 1-31(a) |
De 17e eeuwse dichter en predikant Willem Sluyter schreef Een droeve stem, met druk en pijn bevangen. In eerste instantie koos men de melodie van Psalm 8 om dit lied te zingen. Ten behoeve van Zingend Geloven schreef Willem Vogel er ook een melodie bij.
Tekst
Willem Sluyter was tot zijn dood in 1673 predikant in het Gelderse Eibergen. Hij behoorde - evenals Cats, Camphuysen, Van Lodenstein en Luiken - tot de dichters met een 'open' vormgeving.
Inhoud
De 'droeve stem' uit strofe 1 en het 'gij ziet hier uwen lieven Heiland wenen' uit strofe 2 leggen het accent op de wenende Christus, die verdriet heeft over de 'listigheid' (strofe 4) en de 'boze daad' (strofe 5) van de onboetvaardigen, die door de vijand omsingeld en in het nauw gebracht zullen worden, omdat de tijd niet is opgemerkt 'dat God naar u omzag' (Lucas 19:44). Het 'lied van de tranen over Jeruzalem' refereert aan Lukas 19: 41-44, waar Jezus weent over de stad die haar Messias toejuicht en uitwerpt. Tevens verwijst het lied naar Matteus 23:27-29 waar Jeruzalem als 'bloedstad die zoveel profeten doodde' (strofe 5) wordt ontmaskerd.
Muziek
De melodie van Willem Vogel wordt gekenmerkt door zich herhalende noten, die eens per slag gelijk van hoogte en ritme zijn. Regel 4 heeft dit het minst, maar daarin komt wel een eenmalig melisma voor. Het zijn lange metrische regels (11.11.10.10), gelijk oplopend met het rijmschema a a b b. De ambitus van de melodie beslaat een octaaf, waarvan het hoogtepunt zowel in de tweede als derde regel tot klinken komt.