Een vaste burcht is onze God is een vertaling, door Jan Jacob Lodewijk ten Kate, van Ein feste Burg ist unser Gott (zie daar) een van de bekendste liederen van Martin Luther, een vrije bewerking van Psalm 46 als troostlied in zware tijden. De melodie is eveneens van Luther.
Opname beluisteren
Tekst
origineel
|
Evangelische Gezangen 1869
|
1 Een vaste burcht is onze God,
Een toevlucht voor de Zijnen!
Al drukt het leed, al dreigt het lot,
Hij doet Zijn hulp verschijnen!
De Vijand rukt vast aan
Met opgestoken vaan:
Hij draagt zijn rusting nog
Van gruwel en bedrog,
Maar — zal als kaf verdwijnen!
2 Geen aardsche macht begeeren wij:
Die gaat wellras verloren!
Ons staat de rechte Man ter zij’,
Dien God ons heeft verkoren.
Vraagt gij Zijn naam? Zoo weet
Dat Hij de CHRISTUS heet!
De Lievling uit Gods schoot,
Zijn Zoon en Throongenoot ….
De zege is Hem beschoren!
3 En grijnsde ook de open Hel ons aan,
Met al haar Duivlentallen,
Toch zal geen vrees ons nederslaan!
Toch doen wij ’t krijgslied schallen!
Hoe ook de Satan woedt,
Wij staan hem, voet voor voet:
Wij tarten zijn geweld!
Zijn vonnis is geveld:
Één woordtjen doet hem vallen!
4 Gods Woord houdt stand in eeuwigheid,
En zal geen duimbreed wijken!
Beef, Satan! Hij, die ons geleidt,
Zal U de vlag doen strijken!
Delf vrouw en kindren ’t graf!
Neem goed en bloed ons af!
Het brengt U geen gewin:
Wij gaan ten Hemel in,
En erven Koninkrijken!
|
1 Een vaste burg is onze God,
Een toevlugt voor de zijnen!
Al drukt het leed, al dreigt het lot,
Hij doet zijn hulp verschijnen!
De vijand rukt vast aan
Met opgestoken vaan:
Hij draagt zijn rusting nog
Van gruwel en bedrog,
Maar zal als kaf verdwijnen!
2 Geen aardsche magt begeeren wij;
Die gaat welras verloren!
Ons staat de sterke Held ter zij’,
Dien God ons heeft verkoren.
Vraagt gij zijn naam? zoo weet,
Dat Hij de Christus heet,
Gods Eengeboren Zoon,
Verwinnaar op den troon!
De zeeg’ is ons beschoren!
3 En grimd’ ook d’ open hel ons aan,
Met al haar duizendtallen,
Toch zal geen vrees ons nederslaan,
Toch doen wij ’t krijgslied schallen!
Hoe ook de satan woedt,
Wij staan hem, voet voor voet,
Wij tarten zijn geweld!
Zijn vonnis is geveld!
Één woord reeds doet hem vallen!
4 Gods woord houdt stand in eeuwigheid
En zal geen duimbreed wijken.
Beef, satan! Hij, die ons geleidt,
Zal u de vaan doen strijken!
Delf vrouw en kindren ’t graf,
Neem goed en bloed ons af,
Het brengt u geen gewin:
Wij gaan ten hemel in
En erven koningrijken!
|
origineel = J.J.L. ten Kate, Luthers Harp. Drie-en-twintig uitgelezen liederen van Doctor Maarten Luther nagezongen, Utrecht: C. van Bentum, 1854 2e druk, p. 57-59.
Muziek
Hymnologische informatie