Kerkliedwiki wijst je de weg naar meer dan 10.000 liederen!
Tips nodig? Zo kun je een lied zoeken. Hier vind je een overzicht van alle liedbundels.
Wil je ons werk steunen? Hier vind je meer over doneren of koop onze unieke Ubi-cari-tas.
|
Alles wordt nieuw/Inhoud: verschil tussen versies
(→Deel IV) |
k (→Deel I) |
||
| Regel 2: | Regel 2: | ||
==Deel I== | ==Deel I== | ||
| − | * Het lied van het begin: [[In het begin lag de aarde verloren]] (I-1) | + | * Het lied van het begin: [[In het begin lag de aarde verloren]] (I-1) Genesis 1 en 2 |
| − | * Scheppingslied: [[De aarde lag verloren]] (I-2) | + | * Scheppingslied: [[De aarde lag verloren]] (I-2) Genesis 1 en 2 |
| − | * Noach: [[Het water steeg wel hoog]] (I-3) | + | * Noach: [[Het water steeg wel hoog]] (I-3) Genesis 7-9 |
| − | * De toren van Babel: [[Weet je wat, weet je wat]] (I-4) | + | * De toren van Babel: [[Weet je wat, weet je wat]] (I-4) Genesis 11:1-9 |
| − | * Jakob in het huis van God: [[Jakob is gekomen]] (I-5) | + | * Jakob in het huis van God: [[Jakob is gekomen]] (I-5) Genesis 28:10-22 |
| − | * De dromen: [[Jozef zoekt zijn grote broers]] (I-6) | + | * De dromen: [[Jozef zoekt zijn grote broers]] (I-6) Genesis 37:1-36; 39-45 |
| − | * De uittocht: [[Vannacht zal het wonder gebeuren]] (I-7) | + | * De uittocht: [[Vannacht zal het wonder gebeuren]] (I-7) Exodus 12:31-39 |
* De doortocht: [[Met Mozes zijn wij meegegaan]] (I-8) | * De doortocht: [[Met Mozes zijn wij meegegaan]] (I-8) | ||
* Het lied van Mozes en Mirjam: [[De koning van Egypteland]] (I-9) | * Het lied van Mozes en Mirjam: [[De koning van Egypteland]] (I-9) | ||
Versie van 29 apr 2014 om 12:33
Inhoudsopgave van de verzamelbundel Alles wordt nieuw. Bijbelliederen voor de jeugd.
Inhoud
Deel I
- Het lied van het begin: In het begin lag de aarde verloren (I-1) Genesis 1 en 2
- Scheppingslied: De aarde lag verloren (I-2) Genesis 1 en 2
- Noach: Het water steeg wel hoog (I-3) Genesis 7-9
- De toren van Babel: Weet je wat, weet je wat (I-4) Genesis 11:1-9
- Jakob in het huis van God: Jakob is gekomen (I-5) Genesis 28:10-22
- De dromen: Jozef zoekt zijn grote broers (I-6) Genesis 37:1-36; 39-45
- De uittocht: Vannacht zal het wonder gebeuren (I-7) Exodus 12:31-39
- De doortocht: Met Mozes zijn wij meegegaan (I-8)
- Het lied van Mozes en Mirjam: De koning van Egypteland (I-9)
- Jericho, Jericho (I-10)
- Reus Goliath: De grote mensen durven niet (I-11)
- Jona uit de grote vis: Jona heeft God wel vertaan (I-12)
- Daniël: De koning der Perzen (I-13)
- Kerstlied: De hemel heeft een lied doen horen (I-14)
- Kerstlied: Van alle mensen (I-15)
- Herders, heb je 't wel verstaan (I-16)
- De wijzen, de wijzen (I-17)
- Lied van de bruiloft te Kana: Te Kana werd een feest gevierd (I-18)
- Samen delen: Aan de oever van het meer (I-19)
- Laat de kind'ren tot Mij komen (I-20)
- De herder heeft zich niet vergist (I-21)
- Het grote feest: Er was er eens een koning (I-22)
- Meisjes dwaas, meisjes wijs (I-23)
- [[Zacheüs: Er is geen plaats (I-24)
- Palmpasen: Klim in de hoogste bomen (I-25)
- Paaslied: Nu graf en steen getuigen (I-26)
- De Heer is waarlijk opgestaan (I-27)
- 't Is feest vandaag (I-28)
- Komt, laat ons vrolijk zingen (I-29)
- Van de nieuwe hemel en de nieuwe aarde: Nu gaan de bloemen nog dood (I-30)
Deel II
- Wanneer ik naar Uw hemel kijk (II-1)
- Het lied van de goede regen: Zet nu de deur maar open (II-2)
- Abraham, Abraham (II-3)
- Jakob droomt: Een ladder naar de sterren (II-4)
- Mozes' moeder zingt: Klein, klein kindje (II-5)
- Zomaar te gaan met een stok in je hand (II-6)
- Simson, Simson (II-7)
- Samuël hoort 's nachts een stem (II-8)
- Elia: In Israël dat God vergeet (II-9)
- De mensen die gaan in het duister (II-10)
- Jeremia: Daar komt de man uit Anathoth (II-11)
- Toen Jona in de walvis zat (II-12)
- Gloria in excelsis: Eer zij God in onze dagen (II-13)
- Een stem in de woestijn: Er roept een man in de woestijn (II-14)
- Wij hebben op de fluit gespeeld (II-15)
- De bruiloft te Kana: De gasten wachten binnen (II-16)
- Storm op zee: De golven, wild en groot (II-17)
- Kleine dochter van Jaïrus (II-18)
- De zieke in Bethesda: Ik moet de eerste wezen (II-19)
- Een vader had twee zonen (II-20)
- Barmhartige Samaritaan: Jezus die ons is voorgegaan (II-21)
- Bartimeüs: Zoon van David, kijk naar mij (II-22)
- Het lied van het ledige graf: Nu moet gij allen vrolijk zijn (II-23)
- De vissers op het meer (II-24)
- Een lied voor Pinksteren: Gods adem die van boven kwam (II-25)
- Een schare die niemand kan tellen (II-26)
- Morgenlied: O lieve Heer, ik ben zo blij (II-27)
- Samen spelen: Kijk eens om je heen (II-28)
- Cantate: De vogels in de bomen (II-29)
- Avondlied: De dag gaat nu bij ons vandaan (II-30)
Deel III
- Rebekka wordt de bruid: Mijn knecht, ga er op uit (III-1)
- Jakob gaat terug naar huis (III-2)
- Dit is het lied van Gideon: Dit is het lied van de man die overwon (III-3)
- David werd gekozen (III-4)
- Lied van de hoop: Uit onze stad zijn wij verdreven (III-5)
- Amos, de boer uit Tekoa: Mijn volk, mijn volk, ik klaag je aan (III-6)
- Jezus, diep in de woestijn (III-7)
- Johannes weet het ook niet meer (III-8)
- Wil je wel geloven dat het groeien gaat (III-9)
- Nicodemus, Nicodemus (III-10)
- Jezus schreef in het zand: Wij wijzen met een vinger aan (III-11)
- De schapen luist'ren naar een stem (III-12)
- Maria en Martha: Eén ding is nodig (III-13)
- Er was er eens een rijke man (III-14)
- Iemand had een vijgeboom: De bomen in de vijgenhof (III-15)
- God keert de rollen om: De laatsten zullen eersten zijn (III-16)
- Lazarus ligt op de stoep (III-17)
- Tien melaatsen: De vossen hebben holen (III-18)
- Als je geen liefde hebt voor elkaar (III-19)
- Het eerste woord zal vrede zijn (III-20)
- Ballade van een ezel: Ik ben een ezel (III-21)
- Judas heeft het niet begrepen (III-22)
- Petrus viste op het meer (III-23)
- Op weg naar Emmaüs: Twee mannen zijn op weg gegaan (III-24)
- Thomas heeft Jezus niet gezien (III-25)
- Er is een woord waarvan ik zing (III-26)
- Hemelvaart: De Heer is opgetogen (III-27)
- Het lichtje van verlangen: Wanneer U komt, o lieveHeer (III-28)
- Dooplied: Jouw leven staat aan het begin (III-29)
- Waar zou de stad van de vrede zijn? (III-30)
Deel IV
- Jakob krijgt de zegen mee: Isaäk, bejaard en blind (IV-1)
- Mozes: Niet verder gaan, niet verder gaan (IV-2)
- Waarom staan die stenen daar? (IV-3)
